Door de Tijd

[Intro] In de ochtenddauw, de wereld zoet en vrij, [Verse 1] De natuur roept ons, nieuw leven groeit, Bloemen bloeien, kleuren stralen mooi, Jij en ik samen, de liefde zo fijn, De zomer omarmt ons, de zon laat ons zijn. We dansten vrolijk, door velden zo groen, De blijdschap om ons heen, als een zomerse zoen, Maar als de bladeren vallen, zakt de zon weer, De tijd die voorbijglijdt, maar ons doet niet zeer. [Chorus] Door de tijd heen, snel als een mooi rêve, De herinneringen flitsen, soms met een fervor, Een schaduw van wat was, zo dichtbij, De liefde is ons thuis, maar laat ons vrij. [Verse 2] In de bossen van de herfst, waar rust te vinden is, Voel ik ons weer samen, het was een mooie bliss, Plaatsen vol met lachen, nu stil en leeg, De momenten vervagen, maar zijn een waar zegen. De bergen fluisteren zacht, een melodie van toen, Met een oude accordeon, herkenbaar en groen, De schoonheid en het gemis, dansend in de lucht, Oude liedjes vertellen van ons hart vol zucht. [Bridge] Denk aan die dagen, verloren maar vrij, Hoe de tijd ons vormt, als golven van de zee, Verleden en toekomst, samen zo fijn, Onze herinneringen, een eeuwig refrein. [Chorus] Door de tijd heen, snel als een mooi rêve, De herinneringen flitsen, soms met een fervor, Een schaduw van wat was, zo dichtbij, De liefde is ons thuis, maar laat ons vrij. [Outro] Als de sterren stralen, de nacht ons weer omarmt, De natuur fluistert zacht, ons hart wordt verwarmd, Aanvaarding van verlies, samen zijn we één, De klanken van de Alpen, omringen ons steedsheen. Een laatste zucht onder de maan, zoet en fijn, De herinnering blijft sprankelen, als een warm verleden schijn. [Outro]